Onze missionaire werkers

Deel deze pagina

Het verhaal van Mariek
Indonesië, Ghana, Kenia, Congo, Jordanië, Thailand…

Als leefgemeenschap hebben we opvallend veel leden die ergens in de wereld missie- of zendingswerk hebben gedaan en na terugkomst een thuis vonden in de Hooge Berkt gemeenschap. In de komende tijd publiceren we een aantal van die persoonlijke levensverhalen. Mariek woonde een tijdlang in Ghana en kwam eind 2012 terug naar Nederland. Op 1 januari 2015 maakte zij kennis met de gemeenschap en later dat jaar sloot zij zich bij de gemeenschap aan.   

Teruggaan kan niet meer
Ik was 52 jaar toen ik in Ghana ging wonen en werken. Vijftien jaar daarvoor was ik er vijf weken geweest. Dat was om een zieke vriend bij te staan. Een avontuurlijke onderneming waarbij ik ontdekte dat onze Afrikaanse medemens een weten in zich draagt dat ik vergeten was. Ghana trok mij erg aan maar ik concludeerde dat ik daar niet zou kunnen leven. Er als toerist terugkeren was voor mij geen optie. Ik besloot nooit meer naar Afrika te gaan maar droeg mezelf op haar blijvend te herinneren. Ik mocht de mensen niet vergeten en ook de woorden niet van een Ghanese student: ‘we zijn als de zwarte en witte toetsen van de piano, zonder elkaar kunnen we geen muziek maken’.  Veertien jaar later drongen mijn herinneringen aan Ghana zich levendiger en dringender op dan voorheen. Ik ging erover schrijven maar liep vast. Toen bezocht ik enkele mensen die destijds bij mijn avonturen betrokken waren. Ik schreef de mensen waar ik destijds onderdak had gevonden en een missionaris die ik er had leren kennen. Na enig verzet gaf ik toe aan zijn uitnodiging om nog eens te komen. In de overtuiging dat ik Ghana dank verschuldigd was vertrok ik om voor altijd afscheid van haar te nemen. Maar in plaats daarvan stelde ze me voor de vraag waarom ik meende dat ik er niet kon leven. Ruim een jaar later woonde ik, als leken-missionaris van de SMA, in Ghana.

Wat mij boeide was hoe Ghanezen geloven. Zonder uitzondering waren ze allemaal gelovig en dat vervulde hen van hoop en vreugde. Hoe deden ze dat? Dat was een goede vraag om mee te nemen want ik kwam in een van de armste gebieden terecht. Met haar schrale grond en extreme klimaat kon de landbouw niets van waarde opleveren. Ondermijnd door erosie vervielen huizen in een rap tempo. Het weinige beschikbare water was van slechte kwaliteit. Zonder aansluiting op elektriciteit en wegennet nam het dorp Drobonso een geïsoleerde positie in. Door hoge transportkosten waren dagelijkse levensmiddelen erg duur en geld was een schaars goed. Mensen waren, in alle opzichten, aangewezen op hun eigen kracht. Ik kan niet zeggen dat ze daar vreugdevol waren. Hun leven was zwaar en kleurloos. Kindersterfte kwam veel voor, net als de tienerzwangerschappen; de illegale productie van de akpetesi (zelf gebrouwen jenever zo sterk dat die ingewanden wegvrat) eiste haar tol; de meeste mensen waren analfabeet en dat zouden ze nog wel een tijdje blijven want onderwijs werd weinig gewaardeerd; de uit de stad afkomstige onderwijzers hadden het er moeilijk, waren vaak onvoldoende gekwalificeerd en werden slecht betaald; de kinderen kwamen met slaap en honger naar school of helemaal niet omdat ze met hun moeder moesten werken op ‘de farm’.

De verwachtingen die de bewoners van mij hadden waren hoger dan dat ik waar kon maken en mijn kennis van zaken en vaardigheden schoten zeer tekort. Zelf wisten zij veel beter om te gaan met hun chronische tekort en schrijnende realiteit dan dat ik hen daarin iets leren kon. De bedoelde projecten kwamen niet van de grond. Zij zochten geen hulp in een project maar voor zichzelf en de eigen familie; ‘quick money’ dat hadden ze nodig. De mensen en hun dagen werden beheerst door de noodzaak van overleven. Daarnaast waren er altijd al veel conflicten in het dorp. Het duurde lang voordat ik er enige notie van kreeg. Uiteindelijk ontstonden die ook met mij. Na 4,5 jaar moest ik het dorp verlaten. Ik leefde nog 1,5 jaar in Ghana; in betere omstandigheden. Maar Drobonso bleef haar plaats in mijn hart behouden. Nergens leerde ik de Afrikaanse mensen en hun spirit beter kennen en nog altijd denk ik met veel respect en grote dankbaarheid terug aan die bewogen tijd en die sterke mensen.

Zes jaar duurde mijn contract met de SMA in het totaal en toen moest ik ook Ghana verlaten. Teruggaan kon niet meer. Ik moest verdergaan in een overtuigend geloof dat we het leven samen moeten doen, hoe en waar dan ook. Ik besloot gemeenschapsleven te zoeken. Ik vond verblijf in de toenmalige Nikola-kommuniteit in Utrecht. Het was een weelde om van daaruit mijn plek in Nederland te zoeken. Dat werd de Hooge Berkt gemeenschap in Bergeijk.

Ik geloof stellig dat wij als gemeenschap een goede bedding kunnen zijn voor mensen die niet terugkeren maar verdergaan. 

Drobonso is enkele jaren na mijn vertrek uit Ghana aangesloten op het wegennet en elektriciteit. Er is inmiddels ook een kredietbank, politiebureau en een aanwezige vorm van overheidsgezag naast de traditionele koning (wat witte mensen zo graag vertalen met ‘chief’ maar nooit zo gezegd is).

Mariek de Jong

Lees ook het verhaal van Anne & Frank  

Jouw verhaal…
Ben jij een missionair werker?
Dit is wat de Hooge Berkt gemeenschap voor jou kan betekenen:

Op zoek naar verlof accommodatie? Dat kunnen we je bieden!
Op zoek naar een plek om op adem te komen en bij te tanken? Dat kunnen we voor je zijn!
Op zoek naar een nieuw thuis in een gemeenschap? Kom eens bij ons kijken!

Kijk hier maar eens verder.

Aanmelden

Wil je je aanmelden voor deze activiteit? Vul het formulier zo volledig mogelijk in. Mocht je vragen hebben, dan kun je contact opnemen.

Aanmelden

Wil je je aanmelden voor deze activiteit? Vul het formulier zo volledig mogelijk in. Mocht je vragen hebben, dan kun je contact opnemen.